Filosofen Flashcards
Immanuel Kant
- De rede (het vermogen tot logisch redeneren en rationeel denken) is het belangrijkst om kennis te verkrijgen en te snappen -> rede is transcendentaal (niet empirisch) en autonoom (zelfsturend).
- God als postulaat -> geloof in god is noodzakelijk voor morele handelingen en betekenisvol leven.
- Tegen dogmatisme (omdat deze aannames onbewezen waren) en scepsisme (omdat scepsisme zegt dat zekere kennis niet mogelijk is).
Aboe Nasr Al Farabi
Rede is belangrijker dan geloof: mensen die in staat zijn redelijk te denken hebben het geloof niet nodig.
David Hume
Is-ought fallacy: foutieve redenering waarbij men vanuit een beschrijving van hoe iets is (“is”-uitspraak) concludeert hoe iets zou moeten zijn (“ought”-uitspraak), dus het feit dat iets op een bepaalde manier is.
Merleau-Ponty
Kritiek op wetenschappelijke kennis en het sciëntisme, want het denken staat los van de alledaagse ervaring.
Jürgen Habermas
- Liberalen: dunne moraal-> mensen hebben rechten en hebben de vrijheid om zelf hun leven in te vullen.
- Individualistisch: het goede leven bepaal je zelf.
- Religie in de openbare ruimte moet voldoen aan rationaliteit -> geen geweld, respecteren van individuele vrijheid en het erkennen van wetten en wetenschap.
Max Weber
Onttovering van de wereld -> moderne samenlevingen hebben afname van het geloof in magie, bovennatuurlijke krachten en religieus bijgeloof, door wetenschap, want dat leidt tot meer kennis.
Paul Cliteur
Politici mogen geen beroep doen op religie: geregeerd door verkeerde God. De overheid moet neutraal optreden: dus geen truien met VVD teksten bijvoorbeeld, maar wel uniformen.
Thomas van Aquino
Rede als hulpmiddel bij het geloven: mensen kunnen inzien dat het redelijk is om te geloven en zelfs met de rede inzien dat God bestaat.