English Words Chapter 2 (3A1) Flashcards
1
Q
be due for
A
klaar moeten zijn
2
Q
outnumbered
A
in de minderheid
3
Q
As a matter of fact
A
trouwens, eigenlijk
4
Q
hatch
A
uitkomen (van eieren)
5
Q
hum
A
brommen
6
Q
buzz
A
zoemen
7
Q
sway
A
zwieren
8
Q
exchange student
A
uitwisselingsstudent
9
Q
evolve
A
zich ontwikkelen
10
Q
feature
A
een belangrijke rol spelen
11
Q
sewer
A
riool
12
Q
fling
A
gooien
13
Q
bushy hairdo
A
dichte haardos
14
Q
camp counsellor
A
leider van een zomerkamp
15
Q
vanish
A
verdwijnen
16
Q
shipment
A
vracht, zending
17
Q
whizz
A
kei, kanjer; bolleboos
18
Q
dicey neighbourhood
A
gevaarlijke buurt
19
Q
uitstekend
A
splendid
20
Q
opmerking
A
remark
21
Q
kikker
A
frog
22
Q
spin
A
spider
23
Q
belachelijk
A
ridiculous
24
Q
wedden
A
bet - bet - bet
25
weddenschap
bet
26
schijnen te
seem to
27
verhaal
tale
28
compleet, zuiver
pure
29
bestaan
exist
30
buis, pijp
pipe
31
hedendaags
contemporary
32
in tegenstelling tot
contrary to, as opposed to
33
mythe
myth
34
doorgeven
pass on
35
plotseling, opeens
all of a sudden
36
blijken
turn out
37
overal
all over the place
38
bewijs
proof
39
ruzie
argument
40
verschijnen, opduiken
turn up
41
zelfs
even
42
geen enkele
none of
43
in feite, eigenlijk
in fact
44
ook niet, of
either
45
kampvuur
campfire
46
eng, angstaanjagend
scary
47
lifter
hitchhiker
48
af en toe
occasionally
49
echter
though
50
zou(den) moeten
supposed to
51
ruiken
smell
52
wandelen, rondtrekken
hike
53
verdwalen
get lost
54
foreign currency
vreemde valuta
55
be assured of
verzekerd zijn van
56
brush up
werken aan, verbeteren
57
telephone exchange
telefooncentrale
58
pre-book
van tevoren reserveren
59
to make arrangements
iets regelen
60
set otu to
vertrekken naar
61
Disappointingly
helaas
62
end up
uiteindelijk lukken
63
face-to-face
direct, oog in oog
64
Supposedly
schijnbaar, naar verluidt
65
blury
wazig
66
short-lived
van korte duur
67
coincide with
samenvallen met
68
regarding
met betrekking tot
69
occur to
beseffen, in je opkomen
70
in/naar het buitenland
abroad
71
voordeel
advantage
72
binnen
iwthin
73
gediplomeerd, gekwalificeerd
qualified
74
skioord
ski resort
75
vakantie, uitje
short break
76
grote keuze aan
wide variety of
77
vanwege
due to
78
over het algemeen
generally
79
waarschijnlijk
likely
80
rekenen op
count on
81
afgelegen
remote
82
verbinding
connection
83
beschikbaarheid
availability
84
teleurstelling
disappointment
85
vaak, regelmatig
frequently
86
verslag
report
87
beest
creature
88
oplossen
solve
89
genoeg krijgen van
get fed up with
90
bestaan
existence
91
de kost verdienen
earn a living
92
krantenkop
headline
93
onderbroek
underpants, pants
94
broek
pants
95
handhaven
maintain
96
ondergoed
underwear
97
jaarlijks
annual
98
geld inzamelen
raise money
99
goed doel
charity
100
doneren
donate
101
old age pensioner
gepensioneerde, AOW'er
102
light refreshments
lichte versnaperingen
103
party
groep
104
appearance
verschijning
105
spine-tingling
erg spannen
106
infamous
berucht
107
candlelit dinner
diner bij kaarslicht
108
company outing
bedrijfsuitstapje
109
haunted castle
spookkasteel
110
gaol
gevangenis
111
boeken, resrveren
book, reserve
112
gewoon, normaal
regular
113
klacht
complaint
114
ontevreden
dissatisfied
115
reclame maken voor
advertise
116
garanderen, verzekeren
guarantee
117
hoe dan ook
at any rate
118
geld terugbetalen
refund money
119
behulpzaam
helpful
120
verschijnen, opdagen
show up
121
ultiem
ultimate
122
griezelig
spooky
123
populair
popular
124
ervaren
experienced
125
informatief
informative
126
noodzakelijk
essential
127
stipt
sharp
128
avondeten
supper
129
aanbetaling
deposit
130
besloten
private
131
inherit
erven
132
disinterest
gebrek aan belangstelling
133
consistency
vastheid, stevigheid
134
outgrow
ontgroeien
135
entrepreneur
ondernemer
136
jar
pot
137
onderwerp
topic
138
onderneming, bedrijf
business
139
precies
exactly
140
opdracht
assignment
141
voorbeeld
example
142
miljonair
millionaire
143
Veel succes!
Good luck!
144
recept
recipe
145
smaak; proeven, smaken
taste
146
voldoende
sufficient
147
uitbreiden, vergroten
expand
148
beslissing, besluit
decision
149
prijs
award
150
exposure
blootstelling, onthulling
151
a hoax
bedrog
152
fictitious
fictief, verzonnen
153
in this day and age
vandaag de dag
154
objection
bezwaar
155
expose
aan het licht brengen
156
figment of your imagination
hersenspinsel, verzinsel
157
abundance
overvloed, veelheid
158
get away with
ermee wegkomen
159
make up
verzinnen
160
fairy
fee
161
astounding
verbazigwekkend
162
jawbone
kaakbeen
163
remains
restanten, overblijfselen
164
reveal
onthullen
165
Astonishingly
tot ieders verbazing
166
maintain
volhouden, beweren
167
come clean
eerlijk bekennen
168
tend to
geneigd zijn
169
press release
persbericht
170
scam
zwendel, oplichterij
171
legitimate
echt
172
caption
kop; onderschrift
173
onderzoeker
researcher
174
opslag
storage
175
onderzoek, inspectie
examination
176
personage
character
177
fantaseren, inbeelden
imagine
178
bedenken, uitvinden
invent
179
1 april
April Fools' Day
180
verspreiden
spread
181
geloven
believe
182
overtuigen
convince
183
wetenschappelijk
scientific
184
schedel
skull
185
tegenspreken
contradict
186
bewijs
evidence
187
onderzoeken
examine
188
zagen
saw - sawed - sawed/saw
189
verantwoordelijk
responsible
190
verdachte
suspect
191
bekennen, toegeven
confess
192
voorstellen
propose
193
wet
law
194
dronken
drunk
195
in staat stellen
enable
196
toegang
access
197
blijkbaar
apparently
198
verwarring
confusion
199
snelweg
highway
200
groei
growth
201
lanceren, starten met
launch
202
ontkennen
deny
203
vertrouwen, geloven
trust
204
gevaar
danger
205
vooral
especially
206
waarschuwing
warning