Eetstoornissen Flashcards
Wat is de criteria voor pica?
A. Aanhoudend eten van niet-voedzame, non-food substanties gedurende een periode van minimaal 1 maand.
B. Het eten van niet-voedzame, non-food substanties is niet geschikt voor de ontwikkeling niveau van het individu.
C. Het eetgedrag maakt geen deel uit van een cultureel ondersteunde of sociaal normatieve praktijk.
D. Als het eetgedrag in de context van een andere mentale stoornis optreedt (bijv. intellectuelehandicap, autismespectrumstoornis, schizofrenie) of medische aandoening (inclusief zwangerschap), het is voldoende ernstig om aanvullende klinische aandacht te rechtvaardigen.
Wat is de ontwikkeling en verloop van pica?
Het begin van pica kan plaatsvinden tijdens de kindertijd, adolescentie, of volwassenheid. Begin in de kindertijd wordt het meest genoemd. De aandoening kan zich voordoen bij mensen die zich verder normaal ontwikkelen, maar meer bij mensen met een intellectuele beperking of andere stoornis.
Wanneer komt een differentiele diagnose voor?
Het eten van niet-voedende, non-food kan voorkomen tijdens andere psychische stoornissen. In een zo’n geval moet een aanvullende diagnose van pica alleen worden gegeven als het eetgedrag voldoende persistent en ernstig is om extra klinische aandacht te rechtvaardigen.
Hoe kan pica onderscheden worden van anorexia nervosa?
pica kan worden onderscheiden van de andere eetstoornissen door de consumptie van niet-voedende, non-food substanties. Het is belangrijk op te merken dat anorexia de inname van niet-voedende, non-food substanties, zoals zakdoekjes, kan omvatten als manier om de eetlust onder controle te houden: dan is anorexia de diagnose
Hoe kan pica onderscheden worden van factitious stoornis?
: sommige personen met een factitious aandoening kunnen opzettelijk vreemde voorwerpen inslikken als onderdeel van het patroon van vervalsing van lichamelijke symptomen. In deze gevallen is er een element van bedrog dat consistent is met opzettelijke inductie van verwonding of ziekte.
Wat is de DSM criteria voor rumination disorder?
A. Herhaalde oprispingen van voedsel gedurende een periode van ten minste 1 maand. Uitgebraakt voedsel kan opnieuw worden gekauwd, opnieuw worden ingeslikt of worden uitgespuugd.
B. De herhaalde oprispingen is niet geassocieerd aan een gastro-intestinale of andere medische aandoening (bijvoorbeeld gastro-oesofageale reflux, pylorische stenose).
C. De verstoringen komen niet alleen voor tijdens het verloop van anorexia nervosa, boulimia nervosa, binge-eating disorder of avoidant / restrictive food intake disorder.
D. Als de symptomen optreden in de context van een andere psychische stoornis, zijn ze voldoende ernstig om extra klinische aandacht te rechtvaardigen
Wat zijn differentiele diagnoses voor rumination disorder?
- Gastro-intestinale aandoeningen: het is belangrijk dit van andere aandoeningen die worden gekenmerkt door gastro-oesofageale reflux of braken te onderscheiden. Dit moet bij baby’s worden uitgesloten door passende fysieke onderzoeken en laboratoriumtests.
- Anorexia nervosa en boulimia nervosa: personen met anorexia nervosa en boulimia nervosa kunnen ook regurgitatie ondergaan met daaropvolgend spugen van voedsel om van ingenomen calorieën af te komen vanwege bezorgdheid over gewichtstoename.
Wat zijn de criteria voor avoidanct/restrictive food intake disorder?
A. Een eet- of voedsel verstoring (bijv. gebrek aan interessant voedsel; vermijding op basis van de sensorische kenmerken van voedsel; bezorgdheid over aversieve consequenties van eten) zoals gemanifesteerd door aanhoudend falen om te voldoen aan de juiste voedings- / energiebehoeften geassocieerd met een (of meer) van:
1. Aanzienlijk gewichtsverlies (of het niet bereiken van verwachte gewichtstoename of haperende groei bij kinderen).
2. Aanzienlijke voedingstekorten.
3. Afhankelijkheid van enterale voeding of orale voedingssupplementen.
4. Duidelijke interferentie met psychosociaal functioneren
B. De verstoring wordt niet beter verklaard door gebrek aan beschikbaar voedsel of door een cultureel voorgeschreven praktijk.
C. De eetstoornis treedt niet uitsluitend op tijdens anorexia of boulimia en er zijn geen aanwijzingen voor een verstoring in de manier waarop men zijn lichaamsgewicht of vorm ervaart.
D. De eetstoornis is niet te wijten aan een medische aandoening of wordt niet beter verklaard door een andere psychische stoornis. Wanneer de eetstoornis optreedt in de context van een andere aandoening of stoornis, overschrijdt de ernst van de eetstoornis die routinematig geassocieerd met de aandoening of stoornis en vereist extra klinische aandacht.
Welke differentiele diagnoses zijn ervoor avoidant/restrictive intake disorder?
- andere medische condities
- specifieke neurologische aandoeningen die verband houden met voedingspatronen
- reactive attachment disorder
- autisme
- specifieke fobie, sociale fobie en andere angststoornissen
- anorexia nervosa
- obsessief-compulsieve stoornis
- major depressive disorder
- schizofrenie
Wat is de dsm criteria voor anorexia nervosa?
A. Beperking van energie-inname relatief aan behoefte leidend tot een aanzienlijk laag lichaamsgewicht in de context van leeftijd, geslacht, ontwikkelingstraject en lichamelijke gezondheid. Een aanzienlijk laag gewicht wordt gedefinieerd als een gewicht dat minder dan minimaal normaal is of, voor kinderen en adolescenten, minder dan dat wat minimaal wordt verwacht.
B. Intense angst om aan te komen of om vet te worden, of aanhoudend gedrag dat interfereert met gewichtstoename, ook al is het gewicht aanzienlijk laag.
C. Verstoring waar iemand het lichaamsgewicht of de vorm van het lichaam ervaart, ongepaste fluentie van lichaamsgewicht of vorm bij zelfevaluatie of aanhoudend gebrek aan erkenning van de ernst van het huidige lage lichaamsgewicht.
Wat zijn de twee types anorexia?
- Restricting type: gedurende de laatste 3 maanden heeft de persoon zich niet beziggehouden met recente afleveringen van eetaanvallen of spoelgedrag (d.w.z. zelf geïnduceerd braken of het verkeerde gebruik van laxeermiddelen, diuretica of klysma’s). Dit subtype beschrijft presentaties waarin gewichtsverlies voornamelijk wordt bereikt door diëten, vasten en overmatig sporten.
- Binge-eating / purging type: gedurende de laatste 3 maanden heeft het individu zich beziggehouden met terugkerende episodes van eetbuien of purging gedrag (bijv. zelf geïnduceerd braken of het misbruik van laxeermiddelen, diuretica of klysma’s) . verschil met boulimia: anorexia moet ondergewicht hebben, bij boulimia is dit geen vereiste.
Welke drie diagnostische kenmerken zijn er voor anorexia?
- aanhoudende beperking van de energie-inname;
- intense angst om aan te komen of vet te worden,
- verstoring van het waargenomen gewicht of vorm.
Wat zijn de bmi criteria voor anorexia?
- Mild = BMI gelijk aan of kleiner dan 17 kg/m2
- Moderate = BMI tussen de 16 – 16.99 kg/m2
- Servere = BMI tussen de 15 – 15.99 kg/m2
- Extreme = BMI onder de 15 kg/m2
Wat is de prevalentie van anorexia?
de twaalf-maanden prevalentie bij jonge vrouwen is ongeveer 0.4%. Er is minder bekend over de prevalentie bij mannen, maar bij hen komt het veel minder voor. De vrouw-man verhouding is rond de 10:1.
Wat is het ontwikkeling en verloop van anorexia?
Anorexia begint vaak tijdens de adolescentie of jong volwassenheid. Het begint bijna nooit voor de puberteit of na een leeftijd van 40, maar het komt wel voor. Vaak ontstaat het na een stressvolle levensgebeurtenis. De ontwikkeling en het verloop variëren erg. Veel mensen hebben een periode voor de aanvang van de ziekte waarin zij aangepast eet gedrag laten zien. Sommige mensen genezen volledig na een enkele episode, maar bij andere mensen is de ziekte chronisch en hebben ze veel last van terugvallen. De meeste mensen met anorexia ervaren remissie binnen 5 jaar, maar dit is een stuk lager bij mensen die worden opgenomen voor de ziekte. Het mortaliteitscijfer is ongeveer 5% per decennium.
Wat zijn risico en prognostische factoren?
- temperament
- omgeving
- genetisch
Welke abnormaliteiten worden vaak gezien in anorexia?
- Bloedafwijkingen: zo worden veel verschillende cellen verloren
- Uitdroging
- Vrouwen met anorexia hebben minder oestrogeen, en mannen minder testosteron
- Sinusbradycardie en bij sommige personen een verlenging van het QTc-interval 5. Lage bot dichtheid
Welke fysieke symptomen zijn er bij anorexia?
- Amenorroe (uitblijven van de menstruatie) is vaak aanwezig en lijkt een indicator voor fysiologische disfunctie te zijn.
- Vertraagde menstruatie bij prepuberale vrouwen kan de menstruatie vertraagd zijn.
- Constipatie, buikpijn, koude-intolerantie, lethargie en overmatige energie.
- Vermagering.
- Lanugo (=een fijn donzig lichaamshaar).
- Perifeer oedeem vooral tijdens het herstel van het gewicht of bij het stoppen van laxerend en diuretisch misbruik.
- Gele verkleuring van de huid geassocieerd met hypercarotenemie
Wat is het risico op zelfmoord?
elk jaar plegen 12 van de 100000 zelfmoord.
Met Welke differentiele diagnoses moet rekening worden gehouden bij anorexia?
- Medische aandoeningen
- Major depressive disorer
- Schizofrenie
- Middelen gebruik
- Sociale angststoornis, OCD, body dysmorfic disorder
- boulimia
- avoidant/restictive food intake disorder
Wat is de comorbiditeit bij anorexia?
Bipolaire stoornis, depressieve stoornis, anxiety stoornissen, OCD (restricting type) en substantie misbruik stoornis (binge-eating/purging type).
wat is de critieria van boulimia nervosa?
A. Terugkerende episodes van eetaanvallen gekenmerkt door het volgende:
1. Eten in een discrete periode (bijv. binnen een periode van 2 uur), van een hoeveelheid voedsel die absoluut groter is dan wat de meeste mensen in een vergelijkbare periode onder vergelijkbare omstandigheden zouden eten.
2. Een gevoel van gebrek aan controle over het eten tijdens de episode (bijvoorbeeld een gevoel dat men niet kan stoppen met eten).
B. Terugkerende ongewenste compenserende gedragingen om gewichtstoename te voorkomen, zoals zelf geïnduceerd braken; misbruik van laxeermiddelen, diuretica of andere medicijnen; vasten; of overmatig bewegen.
C. Eetbuien en ongepast compenserend gedrag komen beide gemiddeld minimaal 3 keer per week gedurende minimaal 3 maanden voor.
D. Zelfevaluatie wordt onnodig beïnvloed door lichaamsvorm en gewicht.
E. De stoornis komt niet uitsluitend voor tijdens episodes van anorexia nervosa.
Hoe wordt de ernst bij boulimia geclassificeerd?
- Mild: gemiddeld 1-3 episodes van ongepast compenserend gedrag per week.
- Matig: gemiddeld 4-7 episodes van ongepast compenserend gedrag per week.
- Ernstig: gemiddeld 8-13 episodes van ongepast compenserend gedrag per week.
- Extreem: gemiddeld 14 of meer episodes van ongepast compenserend gedrag per week.