Deel 2 Flashcards

1
Q

Acetylcholine

A

lokaal tijdens operatie inductie van miosis

zeer korte halfwaardetijd (esterase in plasma)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Pilocarpine

A

lokaal in oog als mioticum
Alternatief: syndroom van Sjögren (extreme monddroogte)
specifiek muscarineRagonist
langere werkingsduur dan Ach (minder snel afgebroken)
tertiair amine: door BBB, centrale effecten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Carbachol

A

peroperatief lokaal in oog als mioticum
derivaat van Ach (minder snel afgebroken)
muscarine en nicotineR agonist

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Betanechol

A

p.o. postoperatieve urineretentie of blaasatonie bij neurologische aandoening
derivaat van Ach
Agonist meer specifiek van muscarine R

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Nicotine

A

substitutie bij rookstop
nicotine R agonist
kauwgom, inhaler, tabletten, transdermaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Bupropion

A

antidepressivum
poging tot rookstop
inhibitie reuptake NA en DA
CI: epilepsie en associatie met MAO-I

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Varenicline

A

partiële agonist van nicotine Ach-R
poging tot rookstop
lagere efficaciteit, hogere affiniteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

edrofonium

A

reversibele cholinesteraseremmer
van de markt, vroeger voor diagnose myasthenia gravis
bindt thv anionische plaats (quaternaire N)
werkingsduur kort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

neostigmine

A
postoperatief maag-, darm-, blaasatonie 
behandeling myasthenia gravis 
opheffen van effect van pachycurares na anesthesie
reversibele cholinesteraseremmer 
carbamylester 
thv anionische plaats en esterase plaats
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

pyridostigmine

A
postoperatief maag-, darm-, blaasatonie 
behandeling myasthenia gravis 
opheffen van effect van pachycurares na anesthesie
reversibele cholinesteraseremmer 
carbamylester 
thv anionische plaats en esterase plaats
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Fysostigmine

A

inductie van miosis bij gesloten hoek gluacoom
antidotum bij intoxicatie met atropine of andere anticholinergica met tertiair aminestructuur
reversibele cholinesteraseremmer
tertiair amine, door de BBB
carbamylester
thv esteraseplaats

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

ecothiopaat

A

oogdruppels om langdurige miosis te induceren bij gluacoom (enkel magistraal)
irreversibele cholinesteraseremmer
organofosforverbinding
werking dagen tot weken (nieuw enzym moet worden aangemaakt)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

parathion

A

insecticide
irreversibele cholinesteraseremmer
organofosforverbinding
werking dagen tot weken (nieuw enzym moet worden aangemaakt)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

sarin, soman, tabun

A

oorlogsgassen
irreversibele cholinesteraseremmer
organofosforverbinding
werking dagen tot weken (nieuw enzym moet worden aangemaakt)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

pralidoxime

A

behandeling intoxicatie met cholinesteraseremmer

oximes: breken de fosfo-enzymbinding
nadeel: gaat niet door BBB

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

DAM (DiAcetylMonoxime)

A

behandeling intoxicatie met cholinesteraseremmer
oximes: breken de fosfo-enzymbinding
gaat niet door BBB

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

MINA (MonoIsoNitroseAcetone)

A

behandeling intoxicatie met cholinesteraseremmer
oximes: breken de fosfo-enzymbinding
gaat door BBB

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Donepezil

A

bij dementie van Alzheimer (dringt door de hersenen)
reversibele cholinesteraseremmer
1x per dag (t1/2 = 60 u )
AE: nausea, braken, diarree, slapenloosheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

rivastigmine

A

bij dementie van Alzheimer

reversibele cholinesteraseremmer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

galantamine

A

bij dementie van Alzheimer
reversibele cholinesteraseremmer
moduleert ook de nicotine Ach receptor

2x dag
AE: nausea, diarree, braken, slapenloosheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Thiotropium

A
specifieke Muscarine 3-R-blokker
Bij COPD (en astma) 

AE: droge mond, indikken secreties in bronchi, obstipatie, urineretentie, erectiestoornissen, hyperthermie, tachycardie, palpitaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Atropine

A

muscarinereceptorblokker
Anesthesie (pre: tegengaan bronchussecretie en salivatie. Tijdens: vagale reflexen van hart tegengaan. Post: ongewenste muscarine-effecten van cholinesteraseremmes opheffen)
Oftamologie: mydriase bij oogonderzoek
Stomatologie: salivatie tegengaan bij ingrepen in mond
Pneumologie: onderhoudstherapie COPD (CI zware astma)
Cardiologie: extreme bradycardie en AV geleidingsstoornisen door overdreven vagale tonus of bij overdosis beta-blokkers
GI: Gi-spasmen, galblaas- en ureterkolieken.
CZ: Parkinson, door anti-psychotica verwerkte extrapyramidale symptomen
urologie: bij urge incontinentie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Scopolamine

A

reisziekte

muscarinereceptorblokker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

atracurium

A

pachycurares, niet depolariserende werking

slappe spierparalyse

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

rocuronium

A

pachycurares, niet depolariserende werking
slappe spierparalyse: anesthesie om spinale reflexen met spiercontracties te voorkomen
geneutraliseerd met cholinesteraseremmer + atropine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

suxamethonium = succinylcholine

A

leptocurares, depolariserende werking
slappe spierparalyse: anesthesie om spinale reflexen met spiercontracties te voorkomen
niet geneutraliseerd (maar enkele minuten werkzaam: afbraak door plasma- of psuedocholinesteras)
Mogelijk anafylaxis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

fenylefrine

A

alfa1-agonist
arteriele en venuze constrictie
Er ontstaan reflectoire bradycardie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

metanaminol

A

alfa1-agonist

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

noradrenaline

A

preferentieel alfa-effect

acute hypotensie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

isopropyladrenaline

A

beta-agonist
extreme bradycardie
av-geleidingsstoornissen als aanvangsbehandeling (daarna pacemaker)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

isoproterenol

A

beta-1 agonist

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

adrenaline

A
lage concentratie: beta 
hoge concentratie: alfa + beta 
Intramusculair bij anafylactische shock 
verlengen van lokale anesthesie
hartstilstand
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

clonidine

A

alfa-2 agonist

behandeling van essentiele hypertensie

34
Q

guanfacine

A

alfa-2-agonist
niet stimulans
bij ADHD bij kinderen en adolescenten

35
Q

dopamine

A

cardiogene shock en milde vorm van acute hartdecompensatie
getitreerde IV toediening
- stimuleert hartfunctie via beta-1-R (inotroop meer uitgesproken dan chronotroop)
- vasodilatatie in bloedvaten vd nier en splanchische vaten via dopamine-R
- (hogere conc: vasoconstrictie via alfa-1-R: vermijden)

bepaalde vormen van hartfalen

36
Q

nafazoline

A

verkrijgen van neusdecongestie bij verkoudheid

alfa-agonist

37
Q

tramazoline

A

verkrijgen van neusdecongestie bij verkoudheid

alfa-agonist

38
Q

isoxuprine

A

beta-2-agonist

behandeling van essentiele arteriele vaatspasmen

39
Q

dobutamine

A

bepaalde vormen van hartfalen

beta 1 agonist

40
Q

salbutamol

A

beta-2-agonist

behandeling van astma

41
Q

fenoterol

A

beta-2-agonist

behandeling van astma

42
Q

vilanterol

A

beta-2-agonist

behandeling van astma

43
Q

indacaterol

A

beta-2-agonist

behandeling van astma

44
Q

olodaterol

A

beta-2-agonist

behandeling van astma

45
Q

tocolyse

A

beta-2 agonist
behandeling van premature baarmoedercontracties bij zwangeren
niet eerste lijn

46
Q

atosiban

A

oxytocine-antagonist
behandeling van premature baarmoedercontracties bij zwangeren
eerste lijn

47
Q

methylfenidaat

A
ADHD
rilatine 
amfetamine afgeleide
D en NA reuptake remmer 
ook bij nacrolepsie 
t1/2: 2-4 uur 
toedieningen met vertraagde vrijzetting (s ochtends inname)
48
Q

modafenil

A

nacrolepsie

derivaat van amfetamine

49
Q

dexmedotomidine

A

alfa-2 agonist

sedatie van volwassen intensieve zorgpatiënten

50
Q

amfetamine

A

indirect-werkende sympathomimetica
stimulatoren van NA vrijzetting (ook serot en DA)
geen indicaties thv perifeer ZS
in uitgaanswereld (XTC) en sportwereld
vroeger ook in vermageringspillen
klinisch (ook de afgeleiden): bij nacrolepsie

51
Q

silodosine

A

alfa-R-blokker

benigne prostaathypertrofie

52
Q

terazosine

A

alfa-R-blokker

benigne prostaathypertrofie

53
Q

fentolamine

A

alfa-R-blokker

iv bij hypertensieve crisis

54
Q

fenoxy benzamine

A

alfa-R-blokker

55
Q

prazosine

A

alfa-R-blokker

iv bij hypertensieve crisis

56
Q

atenolol

A

beta-1-selectieve blokker

hydrofiele blokker

57
Q

metoprolol

A

beta-1-selectieve blokker

58
Q

acebutolol

A

beta-1-selectieve blokker
lipofiele blokker
beta-blokker met partieel agonistische werking (intrinsiek sympathomimetische activiteit)

59
Q

propranolol

A

niet-selectieve blokker

60
Q

sotalol

A

beta-blokker met kinidine type activiteit
anti-aritmie klasse 3
hydrofiele blokker

61
Q

timolol

A

lipofiele beta blokker

62
Q

celipropol

A

beta-blokker met partieel agonistische werking (intrinsiek sympathomimetische activiteit)

63
Q

labetalol

A

beta-R-blokker met alfa-blok

64
Q

reserpine

A

neuronblokker:
inhibitie hoge affiniteit carrier van catecholamine in wand van presynaptische opslaggranulen.
leidt tot depletie van NT

bij hypertensie, maar gebruik beperkt wegens ernstige bijwerkingen

65
Q

alfa-methyl DOPA

A

neuronblokker

bij hypertensie, maar gebruik beperkt wegens ernstige bijwerkingen

66
Q

orlistat

A

inhibitor maag en pancreaslipase
verminder absorptie van vet uit dieet
samen met dieetmaatregelen
AE: staetorrhee

67
Q

sibutramine

A

5-HT en NA (en D) reuptake blokker

van de markt: cardiotoxische stoffen

68
Q

liraglutide

A

subcutaan
GLP-1 analoog
samen met caloriearm dieet en verhoogde lichaamsactiviteit voor gewichtsbeheersing bij volwassenen met aanvankelijke BMI boven 30 (obees) of tussen 27 en 30 (overgewicht) + één gewichtsgerelateerde comorbiditeit

69
Q

fenylethyline

A

prodrug: koppeling van theofylline + amfetamine
gebruik afgeraden
centraal stimulerend effect (piloten, in nachtshiften,…)

70
Q

dexamfetamine

A

alternatief voor methylfenidaat

enkel beschikbaar magistraal

71
Q

atomoxetine

A

NA-reuptake remmer
geen amfetamine afgeleide, geen centraal stimulerend effect
oorspronkelijk als antidepressivum

72
Q

bromocriptine

A

D2-R-agonist
hyperprolactinemie
prolactineceladenoom in de hypofyse (groei en secretie inhiberen)
parkinsonisme

73
Q

cabergoline

A

D2-R-agonist
hyperprolactinemie
prolactineceladenoom in de hypofyse (groei en secretie inhiberen)
stoppen van melksecretie tijdens lactatie
parkinsonisme

74
Q

domperidone

A
D-R-blokker
bij nausea en braken
bij gastro-oesafagele reflux 
bij dyspepsie 
bij vertraagde maaglediging

verhoogd risico op tosades des points

75
Q

alizapride

A
D-R-blokker
bij nausea en braken
bij gastro-oesafagele reflux 
bij dyspepsie 
bij vertraagde maaglediging
76
Q

metoclopramide

A
D-R-blokker
bij nausea en braken
bij gastro-oesafagele reflux 
bij dyspepsie 
bij vertraagde maaglediging
77
Q

sumatriptan

A

5-HT1-agonist

behandeling van acute migraine

78
Q

ergotamine

A

partiele agonist van alfa-R en partiele agonist van 5-HT-1 R en antagonist in bep gladde spieren
bij migraine

79
Q

LSD

A

lyserginezuur diethylamide
niet selectieve 5-HT agonist
hallucinogeen

80
Q

ondansetron

A

selectieve blokker van 5-HT-3
sterk anti-emetisch
braken tgv cytostatica en postoperatief braken

81
Q

risperidone

A

blokker van 5-HT2-R
antipsychoticum
verbetert de positieve en negatieve symptomen van schizofrenie
hoge affiniteit voor 5-HT-2

82
Q

theofylline

A

bij astma (acute en chronische behandeling)
methylxanthines
inhibitie van fosfodiesterase
competitieve adenosine receptor antagonist
nauw therapeutisch venster