De neuropsychologische en gedragsneurologisch invalshoek voor het orthopedagogisch handelen Flashcards
Wat gebeurt er met de traditionele visies?
Traditionele visies zijn terug opgenomen door delgado, dalmatio, bij beslissingsname, die oude theorieën hebben niet afgedaan en geven een interessante basis van hoe we nu kijken naar het brein.
Wat bedoelt men met de neuropsychologische en gedragsneurologische invalshoek?
A. Intense, vaak korte en bewuste beleving van welbehagen of onbehagen
B. Ervaring van geest en lichaam, in balans met cognitie en leidend tot sociaal gedrag (émouvoir, 1579)
C. Meetbaarheid van de 8 positieve versus negatieve basale (klassieke) emoties (Ekman; Plutchik): blij/droef, woede/angst, vertrouwen/afgrijzen, verrassing/anticipatie
D. Naast klassieke ook homeostatische emoties: pijn, seks, dorst, honger, vermoeidheid (Denton)
E. Tenslotte ook secundaire (sociale) emoties: liefde, schuldgevoel, fierheid
F. Van holistische “subjectieve belevenis” (William James) naar “geheel van emotionele componenten” (Peggy Thoits): van de emotionele ervaring (gemoed) naar de expressie (affect)
G. Evolutie naar een “affectieve neurocognitie” in “het emotionele
brein” (Michelle de Haan)
Je voelt je goed, heel goed, euforisch of slecht; het kan je bewust gemaakt worden door te vragen ernaar zoals bv. waarom was je aan het zingen op de speelplaats?
We bouwen samen een toekomst en steunen op ons denken en beleven het met geest en lichaam
Homeostase: in evenwicht blijven geestelijk en lichaam door een bepaald signaal zoals pijn
Je kan telkens een meer gemoed, ervaring of expressie aspect hebben, dit is het werkgebied geworden van affectieve neurocognitie
Het is een recente kennis en het boek van the emotional brain is een van de koplopers geweest voor de affecteive neurocognitie (wisselwerking tussen handelen, denken, voelen)
Wat zijn de verschillende traditionele visies?
A. Darwin (1872), “De expressie van emoties in mens en dier”: overleven en natuurlijke selectie; opbouw van communicatie en relatievorming
B. Cognitieve theorieën (Lazarus): Hij heeft het over basale, homeostatische, sociale… = meer cognitief uitgewerkt door Lazarus
C. James en Lange (perifeer) (1884);
Cannon en Bard (centraal) (1927); = de belangrijkste Maranon en Schachter (gemengd: arousal en beleving) (1962): mengvisie, weg naar de actuele visie
D. Van limbische lobus (Broca, 1878): via het limbische circuit (Papez, Yakovlev, Mc Lean, na 1937), naar “the emotional styles” (Richard Davidson, na 2000) en het emotionele brein (met 6 sleutelareas) = Papez en rest zagen dat het een circuit was limbisch, een kring en je ziet zo in de volgende afbeelding zo een spiraal cirkel van binnen naar buiten
E. Richard Davidson (U of Winsconsin – Madisson )
“The emotional life of your brain” (2012)
a) “emotional styles”: Emotional styles: komt overeen met onze visies, de bestudering ervan daar zit ook meditatie in om te betrekken in het beter kennen van emoties
b) meditatie om uit vastgeroeste emoties te raken c) Dalai Lama en neuroplasticiteit
F. Het emotionele brein met zes neuropsychologische sleutelareas
Wat bedoelen James en Lange met het perifeer?
Als je een sensoriële stimulus hebt, krijg je emotie, je neemt het waar, dan gaat het via hersenstam naar je lichaam, je gaat een lichamelijke reactie ontwikkelen die door je brein wordt waargenomen. = je hebt verdriet omdat je weent
Je neemt een positieve of negatieve prikkkel waar, gaat naar brein en wordt omgezet in betekenis van angst.
Deze oertheorie is terug opgenomen door dalmatio
Cannon en bard: de stimulus gaat tegelijk naar het lichaam en hersenen, simultaan, niet kort daarop. Stimulus gaat via hypothalaums naar lichaam voor lichamelijkheid van emoties en dan naar de hersenen, twee elementen zijn interactief aanwezig. Krijgt controle over lichaam, je wordt angstig, loopt niet weg, je geluksgevoel dempt..
Wat is het limbisch systeem?
De zetel van de emoties, een kernfunctie, doorlopen kringloop met entiteiten binnen hersenen die werken binnen emoties
Hoe is het emotioneel brein verdeeld?
Doorheen heel de hersenen zit een hersendeel verweven dat we het emotionele brein noemen
Groen (vooraan): actualisatie of actie of handelen van het brein
Blauw (onderaan boven hersenstam): belevenis
Geel (midden): inzicht van het brein (handelen in functie van waarneming of belevenis waarop je als mens een inzicht hebt gebouwd, zo krijg je een onderbouwde emotie) = kan aanleiding geven tot samenleving
Het is een cirkel gebeuren met veel wisselwerking om zo het inzicht uit actie en reactie middenin te stellen
Uit wat bestaat het emotioneel brein?
A. Prefrontale cortex B. Anterieure cingulaire cortex C. Hippocampus D. Amygdala E. Ventraal striatum F. Insula
Wat zijn de belangrijke onderdelen in de prefrontale cortex?
- Kernstructuren
a. Dorsolateraal prefrontaal
b. Orbitofrontaal
c. Ventromediaal prefrontaal - Cognitieve sturing en emotionele sturing
a. Dier (Cohen) en mens (Davidson)
b. “Doel”= Dit is groen
Aan twee kanten hebben we de drie structuren van dorso, orbito en ventro
Doel die de mens ontwikkelt in emotionele actie, doelgerichtheid en toekomstgerichtheid van ons handelen en gevoelens
Emotie is gestructureerd om de juiste doelen te vinden, sociaal vooruit te komen
- Stoornissen in PFC (bij depressie)
a. Doel en doelgericht gedrag
b. Affect gestuurde anticipatie en anticipatief gedrag
c. Terugval op het onmiddellijke - Lateralisatie: doelgericht emotioneel gedrag (i.h.b. ventromediaal)
a. Linker PFC:
(a) approach attitude; imitatie behoefte
(b) hypoactivatie bij depressie (bij complexer beslissingstaken)
b. Rechter PFC
(a) inhibitie en withdrawal
(b) hyperactivatie bij depressie (bv. op go-no-go taken) - Reward en punishment (i.h.b. orbitofrontaal)
a. Linker PFC
(a) reward gericht; kwaadheid dempen (Davidson)
(b) hypoactivatie (veelal) in depressie
b. Rechter PFC
(a) punishment gericht; strafgevoeligheid reguleren (Davidson)
(b) hyperactivatie (soms) in depressie - Therapeutische consequenties
a. Emotioneel “doel”
b. Doelgericht gedrag
c. Emotionele anticipatie
Bij kinderen focussen waar dat evenwicht er niet is en zich niet kunnen weerhouden
Wat is het ‘doel’ in PFC?
“Doel”
(a) representatie van het doel
(b) strategie om het te bereiken (resilientie)
(c) vooral in onduidelijke situaties: sturing van het brein opdat taak- gerichte antwoorden zouden verkozen worden boven voor de hand liggende reactiepatronen (ventromediane PFC) (Damasio)(d) tegen onmiddellijke(r) reward in opbouw van een cognitief-emotioneel zinvol, toekomstgericht denken en handelen
(f) het “doel” is de best mogelijke adaptatie op afstand tegen onmiddellijke(r) bevrediging met opbouw van “persoonlijke stijl”
Onderbouwd actiepatroon voor emotioneel handelen en denken =gaat bij depressie verloren, consequentie van je handelen
Linkerkant en rechterkant wil balans om doel te bereiken: links is meer behoefte om na te bootsen, erop in te gaan.. Deze zal bij complexe beslissingen weinig actief zijn en je gaat terugvallen op het onmiddellijke bij depressie, aan de rechterkant is er dan meer een hyperactiviteit
Wat is er belangrijk bij de anterieure cingulaire cortex?
- Gyrus cinguli
a. Anterior
(a) dorsaal
(b) ventraal
b. Posterior - Cognitieve sturing en emotionele sturing
a. “Keuze” (affectief naast cognitief)
(a) ventraal: affect, aandacht en autonome functies (via hypothalamus)
worden opgebouwd tot een unieke emotionele expressie
(b) dorsaal: response selectie in conflictsituaties (conflict monitoring)
ter opbouw van cognitief én emotioneel meest verantwoorde keuzes
Functies worden opgebouwd om tot een unieke expressie te komen en consequent te zijn in je reactie, hoe ga ik reageren en de juiste respons geven bij de prikkels die ik ontvang
b. Evaluatie van en snelle respons op complexe situaties
(a) emotionele Stroop
(b) aangezichtsherkenning en aangezichtsbeoordeling
c. Basis (“effortful” control) van motivatie tot gedragsveranderingen (wel of niet)
- Stoornis in depressie (+ angst, fobie, OCD, PTSD) als state en trait
gebrek bij oplossingsgericht gedrag (“will to change”) - Therapeutische consequenties
a. Emotionele “keuze” (goal-directed): Keuze vraagt inspanning van brein en geest, er zijn veel pathologieën waar dat niet meer gaatb. Conflictmonitoring (effortful control)
c. Response selection (will to change)
Wat is er belangrijk in de hippocampus?
- “Contextualisatie”
a. Emotionele valentie (naast cognitieve valentie) van contextgegevens
rondom de stimulus informatie
b. Interpretatie en regulatie
c. Naast Hc rol in geheugenopbouw (declaratief episodisch, spatieel
en contextueel)
d. In het bijzonder:
(a) activatie bij negatieve emotionele context als bedreigende woorden
en sfeer, muzikale dissonanties, angst in stem
(b) activatie (ook) bij positieve contextuele affectieve status bij spel,
prettige omgeving en mensen
e. Evaluatie van de contextuele sfeer (emotioneel valence)
We moeten rekeninge houden met de context waarin de stimulus plaatsvindt bv. eten of niet eten
- Stoornis bij depressie (en rouw, PTSD, NAH)
a. Door foutieve contextevaluatie persisteert inadequaat gedrag
en angst, moedeloosheid, motivatiegebrek
b. Hc hypotrofie: voornamelijk bij ouderen, langer bestaande en
ernstiger depressie
c. Consequentie van psychosociale stress (ACTH, cortisol
glucocorticoïden): atrofie en reductie van neuroplasticiteit (als
oorzaak of gevolg) - Therapeutische consequenties
a. “Contextualisatie” (cognitief en emotioneel)
b. Sfeer evaluatie (stimulus/context valence)
c. Context modulatie (bij emotioneel reageren)
Rouw: ook al is er geen trieste context meer ga je triestig blijven
Chronische depressie: door hippocampale stoornis kan je de nieuwe context niet meer zien als stimulerend om nieuwe keuzes te maken, zie je ook bij PTSD, incest… door negatieve beelden, trauma
Hippocampus neemt terug in omvang toe als het terug beter gaat met de patiënt, de fixatie op de pijn en trauma gaan weggaan via therapie door de decontextualisatie
Wat is er belangrijk in de amygdala?
- “Focus”
a. Richten van de aandacht (volgehouden, gericht, executief)
op de affectief betekenisvolle stimuli (affectively salient stimuli)
b. Uitnodiging tot verdere verwerking (toenadering) van stimuli
met cognitief-emotionele betekenis voor het individu
c. Vooral bij onduidelijke (ambiguous), nieuwe, “verrassende” stimuli
d. Sturing van negatief maar ook positief affect (dier experiment,
beeldvorming bij mens)
Focus: door amygdala ga je je aandacht richten op juiste stimuli
Bij ziekte blijf je gefocust op de foute dingen
- Stoornissen bij depressie (en NAH)
a. Overactivatie en hypertrofie zijn frequent aanwezig (state of trait)
b. Bij depressie te sterke gerichtheid op emotionele cues en i.h.b.
aversieve cues
c. Bron van hypervigilantie, rumineren en geheugenvorming van
negatieve feiten - Therapeutische consequenties
a. “Focus” (affectieve salience)
b. Aanzet tot emotionele toenadering
c. Emotioneel geheugen(kissing structures)
Wat is er belangrijk in het ventraal striatum?
- Basale ganglia
a. Inferomediaal centrencefaal
b. Corticosubcorticale loops (i.h.b. fronto-striataal)
c. Nucleus accumbens
d. Dopaminerge innervatie - “Reward”
a. Aanzet tot beloningsgericht gedrag
b. Aanzet tot encoderen van motivationeel waardevolle cues als aanzet
tot cognitief-emotionele actie (motivational salience)
Reward: emotionele inzicht, nadenken over, opbouwen van gegronde evenwichtige, leeftijdsaangepaste, emotionele reactiepatroon van een maatschappij
Basale ganglia zijn de structuur van de reward, hier zitten netwerken klaar om beloningsgericht gedrag de voorrang te geven ze willen welbehagen van hogere orde
De motivationele waardevolle cues vinden, het inzichtsgebeuren van dat gaat mij en andere gelukkig maken, en zo maak je goede keuzes
- Positieve cognitief-emotionele ingesteldheid
a. Anticipatie van gelukservaringen
b. Gerichtheid op aangename stimuli
c. Motivatie tot actie naar verhoogd welbehagen - Stoornis bij depressie (en SUD)
a. De zin naar voedsel, seks, drugs, positieve stimuli is verstoord
b. Verlies van motivatie welbehagen na te streven (anhaedonie) - Therapeutische consequenties
a. “Reward” (beloning)
b. Anticipatie (geluk)
c. Implementatie (welbehagen)
Anhedonie: lusteloosheid
Therapie: inzicht dat het leven een zoektocht is naar beloningen, gelukkig zijn tegen verval, ziekte, dood in een maatschappij
Wat is er belangrijk in de Insula?
- De vijfde kwab van de hersenschors
a. Zes gyri onder drie opercula
b. Insula anterior: limbische connecties
c. Insula posterior: neocorticale connecties - “Integratie” (intra- en individueel)
a. Anterior: autonoom en sensorisch (gustatorisch en olfactorisch)
b. Posterior: cognitief en sensomotorisch (visueel en auditief)
Volle inzicht in wat is emotie, kernstructuur in goed beleefde of teloorgegane emotie
Het is een eilandje in de diepte, of de vijfde kwab in de diepte
- Rechter insula meer orthosympatisch en linker insula meer
parasympatisch:
a. Corticale representatie van lichaamservaringen bij cognitief-
emotioneel handelen: actief bij de sensorische waarneming van
emoties
b. Lichaamsschema wordt lichaamsbeleven
c. Emotionele evaluatie van geuren, smaken, stem, aangezicht
d. Droeve (aversieve), beangstigende maar ook blije waarnemingen
en herinneringen (MRI hersenen)
Emotie van je lichaam, je waarneming, beleving, handeling wordt in een cirkelbeweging bewerkt. Daar gaat het werkelijke emotionele zijn, bewustwording van wie ben ik emotioneel, ontstaan.
- Stoornis bij depressie (NAH, epilepsie)
a. Hypoactivatie bij vervlakte emotionele status
b. Hyperactivatie bij vormen van (focale) epilepsie - Therapeutische consequenties
a. Polysensoriële “integratie”
b. Bewuste beleving
c. Cognitief-emotionele relatievorming
Bij depressie: ik voel mij koud, kil, kan zo goed het leven verlaten
Wat komt er voort uit de belangrijkste zaken in het emotionele brein?
A. PFC = Doel =Doelgericht gedrag = Anticipatie
B. ACC = Keuze = Conflict monitoring = Response selectie
C. HC = Context = Sfeer evaluatie = Context monitoring
D. AM = Focus = Toenadering = Emotioneel geheugen
E. VS = Reward = Geluksanticipatie = Welbehagen nastreven
F. IN = Integratie =Bewuste beleving = Relatievorming
* structuren en netwerk
* bottom-up en top-down
* circulair en spiraal
Anticipatie: je leeft naar een toekomst om die bij te sturen
Selectie: keuze van je leeftijd… het is niet enkel kiezen maar ook laten ten voordele van iets anders bv. Later kinderen
Emotioneel geheugen: je springt van focus tot focus en van context tot context en dat bepaalt je emotie
We zoeken welbehagen, wat brengt er mij toe om behagen te kunnen vermijden
Niet enkel circulair maar ook spiraalvormig, je start met concrete dingen die al concreet kunnen zijn door opvoeding en voorlegging van de ouders, voortoning van de ouders
Op elke leeftijd is er circulair en spiraal werken, hogere vormen van keuzen en doelstellingen worden bereikt om jezelf waar te maken en hogere vormen van reward te verkrijgen