Cytologie

Question 1

Hypertoon

Answer 1

Oplossing met de hoogste osmotische waarde

Question 2

Hypotoon

Answer 2

Oplossing met de laagste osmotische waarde

Question 3

Uniport

Answer 3

1 stof gaat cel in

Question 4

Symport

Answer 4

Vorm van cotransport; 2 stoffen gaan cel in

Question 5

Antiport

Answer 5

Vorm van cotransport; 1 stof gaat cel in, tegelijk gaat 1 andere stof cel uit

Question 6

Endocytose

Answer 6

Het verpakken van EXTRACELLULAIR materiaal in een blaadje bij de celmembraan voor transport de cel IN

Question 7

Exocytose

Answer 7

Versmelting van IC blaasje met de celmembraan waarbij stoffen aan de EC omgeving worden afgegeven

Question 8

Chromatine

Answer 8

DNA in rust; strak opgerold (onderdeel van celkern)

Question 9

In DNA:

Adenine is complementair aan

Answer 9

Thymine

Question 10

In DNA:

Cytosine is complementair aan

Answer 10

Guanine

Question 11

In RNA: Adenine is complementair aan

Answer 11

Uracil

Question 12

Neoplasma

Answer 12

Tumor

Question 13

Benigne tumor

Answer 13

Ingekapseld in bindweefsel

Question 14

Maligne tumor

Answer 14

Verspreiden zich naar omliggende weefsels

Question 15

Cytosol

Answer 15

Vloeibare gedeelte van cytoplasma