College 10: Epilepsie Flashcards
Definitie epilepsie
Neurologische stoornissen die gekarakteriseerd worden door epileptische aanvallen of excessieve/abnormale corticale activiteit in de hersenen. Epilepsie heeft van alle neurologische stoornissen de meest complexe terminologie.
Diagnose epilepsie
Meerdere aanvallen nodig voor de diagnose. In de meeste gevallen is de oorzaak onbekend, maar soms veroorzaakt door TBI, CVA, tumor, drugs/alcohol
Epileptische aanvallen
Korte en bijna niet te merken aanvallen tot langdurige stuiptrekkingen. Één aanval betekent vaak niet epilepsie (bij kinderen met koorts vaker eenmalige aanvallen - overactivatie hersenen)
Bewijs voor epileptische aanval
EEG
Drie verschillen epileptische aanvallen obv EEG
- Idiopathisch: onbekende oorzaak/geen afwijking te vinden, meestal genetisch (primair)
- Symptomatisch: bekende oorzaak/afwijking gevonden (stroke/cancer, ontwikkelen niet allemaal epilepsie) (secundair)
- Cryptogeen: mix van deze twee, kan ideopathisch zijn of symptomatisch (voorafgaand aan de diagnose, als er een vermoeden is, maar deze is nog niet bevestigd)
Twee verschillende soorten aanvallen + bijbehorende soorten
- Partial: simple partial & complex partial
2. Generalized: absence, tonisch-clonisch & myoclonisch
Partial/focaal aanval
Vanuit één punt in de hersenen, in de EEG afwijkingen in het ene hersengebied, maar niet in het andere. Kan zowel een groot gebied betreffen als een zeer klein gebied.
Generalized aanval
Verhoogde activiteit over het hele brein
Refractory epilepsie
Geen medicatie mogelijk, want dit werkt niet op de langere termijn
Kenmerken van aanvallen
- Meeste zijn heel kort en onaangekondigd
- Kunnen per persoon verschillen
- Triggers kunnen per persoon verschillen, maar algemene triggers zijn verminderde slaap, stress, alcohol, flikkerende lichten (fotosensitief)
Simple partial aanval
Epileptische aanval in één deel van de hersenen, waarbij iemand zowel bij bewustzijn is, dingen kan begrijpen en het geheugen van de aanval in tact blijft.
Complex partial aanval
Epileptische aanval in één deel van de hersenen, waarbij er verminderd bewustzijn is en men verward kan zijn. Groter gebied dan simple partial.
Absence seizure epilepsie
Generalized. Korte tijd verlies van bewustzijn: blanko voor zich uit staren, knipperen oogleden, neus wrijven. Reageren niet op omgeving, vaak verward met dagdromen - worden vaak niet opgemerkt!
Tonisch-clonische seizure epilepsie
Generalized.
Tonisch: verlies bewustzijn, lichaam wordt stijf, iemand kan op tong/wang bijten
Clonisch: trekkende schuddende bewegingen over het hele lichaam, moeizame ademhaling, huid veranderd van kleur, verlies controle blaas/endeldarm
Postconvulsive coma: aanval is voorbij, maar reageert nog steeds niet goed op omgeving. Kleur van huid en ademhaling wordt weer normaal. Patiënt kan zich gedurende een paar uur moe en verward voelen, soms met hoofdpijn.
Myoclonisch seizure
Generalized. Alleen clonische fase (schokken).
Eerste hulp bij epilepsie
Bewegingen niet tegenhouden, bril af/strakke kleding rond de nek los, hoofd beschermen, zorgen dat iemand zich niet kan bezeren, op de zij leggen, tijd bijhouden en hulp bieden als iemand bijkomt
Normale EEG
Afhankelijk van welk hersengebied actief is zijn daar wisselende hersengolven te zien, geen grote pieken in rust
Tonisch-clonisch EEG
Tonisch: hoge en lage pieken dicht op elkaar
Clonisch: hoge en lage pieken dicht op elkaar, maar met rustige perioden ertussen
> Generalized, dus alle hersengebieden betrokken
> Na aanval: postconvulsive coma (EEG wordt meer golvend ipv de normale kleine piekjes)
Absence EEG
Hoge pieken die wat meer van elkaar af liggen.
> Generalized, dus alle hersengebieden betrokken
Partial seizure EEG
Korte op elkaar liggende pieken met rustige perioden ertussen, alleen in bepaalde hersengebieden (want partial aanval).
EEG occipitaal kwab
Komt door spierbewegingen en spanning in de nek
Piek op EEG bij frontaalkwab
Epilepsie hoeft daar niet vandaan te komen, kan een andere bron hebben. Van groot belang dat je erachter komt waar de bron ligt.
Bron vinden van epileptische aanval
In-depth elektroden, dunne naalden om epileptische activiteit te lokaliseren
Temporaal kwab simple partial
Aura’s:
- Gevoel in de buik
- Deja vu
- Gekke geur/smaak
- Plotseling gevoel van angst/plezier
Frontaal kwab simple partial
Aura’s:
- Gek gevoel wat als een golf door het hoofd gaat
- Verstijving of tinteling in deel van het lichaam
Pariëtaal kwab simple partial
Aura’s:
- Verdoofd/tintelend gevoel
- Brandend/warm gevoel
- Gevoel dat arm of been groter of kleiner is dan dat hij eigenlijk is
Occipitaal kwab simple partial
Aura’s:
- Visuele verstoring: kleuren of flikkerende lichten
- Hallucinaties
Waarom focal beter dan generalized
Als je weet waar de bron zit, is het beter te behandelen. Als het over het hele brein zit, kan je daar niets aan verhelpen.
Complex partial meestal in
Temporale kwab, zijn het meest kwetsbaar voor aanvallen!
Temporaal kwab complex partial kan bestaan uit
- Objecten oppakken
- Aan kleren friemelen
- Kauwen/smakken
- Onbegrijpelijk woorden mompelen
- Verward rondwandelen
Frontaal kwab complex partial kan bestaan uit
- Hard huilen of schreeuwen
- Vreemde houding/beweging (fietsbeweging/schoppen)
Secondary generalized seizures
Beginnen focaal, worden daarna generalized
Twee verschillende absences
- Typische absences
- Atypische absences
Typisch absences
Iemand is voor een paar seconden blanko en reageert niet, worden door korte tijd vaak niet opgemerkt
Atypische absences
Duren wat langer en soms gepaard met kleine motorische bewegingen, zoals met het hoofd knikken.
‘ictal’
Periode van activiteit, minuten
Interictal
Tussen aanvallen, kan dagen/maanden duren
Postictal
Periode na aanval voordat activiteit weer op normale niveau komt. Meestal 3-15 minuten. Voelen zich moe, hebben hoofdpijn, moeite met praten, abnormaal gedrag, heel soms een psychose
Todd’s paralyse
Gelokaliseerd zwak gevoel in deel van het lichaam, na focale aanval
Differentiaal diagnose epilepsie
- Syncope
- Hyperventilatie
- Migraine
- Narcolepsie
- Paniekaanval
- PNES: psychogene epilepsie
> Kinderen: kunnen diagnose ADHD krijgen, omdat het lijkt op een leerprobleem (door absences krijgen ze niet alles mee)
PNES vs epilepsie
1:5 mensen met epilepsie heeft PNES
10% met PNES heeft epilepsie
Comorbiditeit PNES en epilepsie
Met behulp van EEG kan je kijken of PNES meer aanwezig is of epilepsie zelf, aan de hand daarvan ga je je behandeling inrichten. PNES: CGT, epilepsie medicatie.
Epidemiologie
7:1000
Meest voorkomende oorzaak epilepsie
Hersenschade bij geboorte, congenitale/metabole stoornissen, drugs/alcohol, TBI, CVA, meningitis en hersentumor.
Effect epilepsie in kinderen
- Kan invloed hebben op QoL
- Hoe vroeger, hoe meer invloed op cognitie: hersenen zijn volop in ontwikkeling
- 70% heeft normaal IQ, echter kinderen met epilepsie wat slecht onder controle is hebben meestal lagere IQ (correlatie tussen epilepsie frequentie en IQ)
Welke vorm van epilepsie doet het slecht op school
Refractory epilepsie (niet onder controle te houden door medicatie)
Waarom onderschatting van kinderen met epilepsie
Kinderen, maar ook de ouders zelf zoeken niet altijd hulp!
Epilepsie en mental retardation
Groot deel van kinderen met mental retardation en cognitieve problemen ontwikkelt epilepsie voor 22 jaar.
Epilepsie en ADHD
2/3 voldoet aan de criteria van ADHD
Vier typen leerproblemen bij kinderen met epilepsie
- Geheugen problemen
- Leer problemen
- Langzame informatie verwerking
- Probleem oplossend vermogen
Epilepsie en EF
Komen bij kinderen pas later, omdat de PFC bij kinderen nog niet is ontwikkeld. EF problemen komen daarom dus ook pas later aan het licht
Attitudes tegenover epilepsie
Leraren onderschatten kinderen met epilepsie, ouders zijn vaak overbeschermend
Epilepsie en educatie
Epilepsie zorgt er niet voor dat kinderen minder naar school gaan, maar wel voor een kortere educatie periode > grotere hoeveelheden van werkeloosheid of werken onder niveau
Kinderen vs ouderen
Daling van prevalentie van epilepsie na kinderleeftijd, maar stijging na 60 (boven 70 komt het meer voor bij ouderen dan bij kinderen!)
Meest voorkomende oorzaken epilepsie bij ouderen
Cerebrovasculaire ziekte (40-50%), TBI (vallen), CNS infecties en dementie
Epilepsie in volwassenleeftijd
Eerste teken van een hersentumor
Waarom epilepsie lastig te diagnosticeren bij ouderen
Laten minder interictal activiteit zien, aanvallen zijn meer extratemporaal dan temporaal (meer aan de buitenkant van de temporaal kwab) en symptomen worden sneller aangezien als een symptoom van een comorbide ziekte (HVZ, hypertensie). Ook heel vaak gediagnosticeerd als een delier!
Medicatie bij ouderen met epilepsie
Grotere kans op interactie met andere medicatie
Bijwerkingen medicatie
Duizelig, problemen met coördinatie > grotere kans op vallen. Meer bijwerkingen bij ouderen dan bij jongeren
Algemene bevinding artikel Jokeit & Schacher
Cognitieve beperkingen komen vaak voor bij epilepsie en kunnen soms meer beperkend zijn dan de epileptische aanvallen zelf. Daarbij komt dat cognitieve problemen niet te zien zijn vanaf de buitenkant en men kan niet mee meedraaien in de maatschappij > sociale isolatie.
Interactie factoren epilepsie (Jokeit)
Leeftijd van begin epilepsie, oorzaak, type epilepsie, type aanval (+ frequentie + duur + ernst), medicatie en duur van epilepsie
Rol van de neuropsycholoog bij epilepsie
- Cognitieve beperkingen in kaart brengen
- Impact hiervan op QoL en ADL
- Behandelplan voorstellen
- Rehabilitatie van individuele patiënten: geheugen training etc
> Persoon is geen epilepsie, maar heeft epilepsie
Meest voorkomende cognitieve symptoom bij medial temporal lobe epilepsy (MTLE)
Episodisch geheugen, aantasting intelligentie taal en visuospatiële functies. Bij LH: moeite met woordvinding.
Welke cognitieve functies meestal gespaard bij MTLE
Aandacht en EF
Klachten bij frontal lobe epilepsy (buiten de aanvallen om)
Verminderde aandacht en psychomotorische snelheid. Maar is complex, dus veel variatie!
Klachten bij pariëtaal lobe epilepsy
Zwak, brandend of pijnlijke symptomen, seksuele gevoelens, apraxie en verstoring van lichaamsbeeld
Klachten bij occipital lobe epilepsy
Hallucinaties en verstoringen in oogbewegingen
Impact van epilepsie testen bij schoolkinderen
- WISC: intelligentie is het belangrijkste om naar te kijken.
- EF: maar nog niet altijd ontwikkeld!
- Aandacht
- Taal
- Academische ontwikkeling: checken of iemand niet achterloopt
- Geheugen/leren
- Visuomotorisch
- Fijne motorische handelingen
- Sensorische perceptie
- Persoonlijkheid
> Cognitieve functies zijn allemaal belangrijk, ook voor sociaal functioneren en alles buiten school
Onderdelen WISC
- Verbale comprehension index
- Perceptual reasoning index
- Working memory index
- Processing speed index
Verminderd IQ afhankelijk van
Ernst, frequentie en type aanvallen, wanneer epilepsie is begonnen (en hoe lang al epilepsie)
Klachten LH
Verbaal
Klachten RH
Non-verbaal
Problemen met taal
Ook afhankelijk van waar epilepsie en hoe ernstig vaak problemen met woordvinding/op namen komen
Geheugenproblemen
Consolidatie episodisch geheugen
Psychosociale problemen
Depressie, angst, laag zelfvertrouwen, slechte coping komt bij ongeveer 15-30% voor. Sociale isolatie door cognitieve problemen of niet meer mogen rijden/zwemmen.
> Kan wel heel erg tussen personen verschillen: voor de ene een ramp en voor de ander iets waar je mee kan leven
Medicatie bij epilepsie
Niet altijd nodig, maar 70% van de epileptische aanvallen kan door medicatie onder controle worden gehouden. Maar hebben niet altijd een langdurend effect en soms meerdere medicaties die gebruikt moeten worden.
Refractory epilepsie diagnose
Wanneer je na twee keer een monotherapie geen afname van klachten ziet
Voorbeelden van medicatie voor epilepsie
Dilantine, fenobarbital
Bijwerkingen antiepileptica
Vaak: wazig/dubbel zien, vermoeidheid, slaperigheid, instabiel en maagklachten
Operatie epilepsie
Operatie van de epileptische haard, wanneer iemand niet goed reageert op medicatie en de epilepsie ernstig is. Goede resultaten!
Atonische aanvallen
Plotselinge spierslapte
Epileptische ontlading
Ontstaat als gevolg van een verstoorde werking van ionkanalen in celmembraan of een verstoorde balans in neurotransmitters, maar de precieze oorzaak is nog niet bekend.
Gegeneraliseerde aanval hersenen
Diffuse verlaging van de aanvalsdrempel in de cortex (blijkt vaak genetisch)
Focale aanval hersenen
Epileptische ontladingen in specifiek deel van de hersenen
Werking antiepileptica
Remmen glutamaat of versterken GABA (inhibitoire NT)
Wada test
Één hemisfeer tijdelijk uitschakelen, zodat de betrokkenheid van die hemisfeer kan worden ingeschat
Ingrepen bij epilepsie
- Nervus vagus stimulatie: elektrode op de nervus vagus, stimulatie hiervan zou zorgen voor desynchronisatie.
- Deep brain stimulation: stimulatie thalamus om ontladingen te onderbreken
- Ketogeen dieet: zeer vetrek en zeer eiwitarm, werkt bij sommige mensen anti epileptisch
Status epilepticus
Een aanval of meerdere aanvallen die in totaal langer dan 5 minuten duren. Hoe vaker je dit hebt, hoe meer invloed op cognitief functioneren.
Welke factoren invloed op cognitief functioneren
Vroege leeftijd debuteren epilepsie, lange duur van de aanvallen (frequentie + duur + ernst), aantal tonische-clonische aanvallen, doormaken van één of meer status epileptica en lengte van behandeling met antiepileptica
Belangrijkste determinant van kwaliteit van psychosociaal functioneren
Aanvalsvrijheid (maar patiënten zonder aanvallen ook last door cognitieve problemen)