C2- Gastroenterologie B Flashcards
Ziektebeelden oesofagus
- Sclerodermie
- Diffuse oesofagusspasmen
- Achalasie
- CAVE- pseudo-achalasie
Wat voor invloed heeft sclerodermie op de slokdarm
Doordat er meer bindweefsel wordt gevormd gaat het peristaltisch vermogen verloren.
Ook sluit de onderste sfincter niet waardoor je refluxklachten krijgt.
Wat is diffuse oesofagusspasmen
hypermotiliteit waardoor het voedsel niet goed vervoerd kan worden
wat is Achalasie
een verminderd aantal neuronen ter hoogte van de LES. Hierdoor blijft de sphincter dicht.
Stoornissen motiliteit maag
Dumping
Gastroparese
diabetische gastroparese
Idiopatische gastroparese
Dumping syndroom
Te snelle lediging van het voedsel
Wat zijn de effecten van het dumping syndroom (vroeg/laat)
Hoog osmotische brij in het duodenum waardoor het vocht uit de circulatie trekt
Door de hoge osmotische waarde gaat de alvleesklier veel insuline produceren waardoor mensen een hypoglycemie kunnen krijgen.
Gastroparese
te trage maaglediging van maag naar dunne darm
Stoornissen dunne darm
post chirurgie
chronische idiopatische intestinale pseudo obstructie (CIIP)
Stoornissen Dikke darm
Obstipatie
Diarree
Irritable Bowel syndrome
Ziekte van crohn
hele darmstelsel
Aphteus: Diepe en in lengterichting
‘Skip lesions’
Collitis ulcerosa
Alleen in het colon met altijd endeldarm localisatie.
Oppervlakkige ulcera
hemochromatose
Door toegenomen absorptie van ijzer ontstaat er stapeling van ijzer
Dubbel duct sign
uitgezette ductus pancreaticus en choledochus–> pancreaskopcarcinoom