begrippen (zesde week) Flashcards
het oude nabije oosten
De periode die begint met de uitvinding van het schrift en waarin samenlevingen uit het Oude Nabije Oosten worden bestudeerd.
het oude Nabije Oosten
Het gebied met o.a. Mesopotamië (het huidige Irak en Syrië), het oude Egypte, het huidige Turkije…
de rechtspraak
Toezicht op toepassing van de wetten.
het rijk
Een groot gebied onder leiding van één heerser zoals een koning.
de stadstaat
Een staat die bestaat uit één stad en het omliggende gebied.
de propaganda
Informatie om mensen te overtuigen van je standpunt.
het monotheïsme
Het geloof in één god.
de natuurreligie
Een religie waarin de krachten van de natuur zoals zon, water, wind… worden aanbeden.
het polytheïsme
Het geloof in verschillende goden.
de ambtenaren
Mensen die een taak voor de overheid uitvoeren.
de autocratie
Bestuursvorm waarbij één persoon alle macht heeft.
de democratie
Bestuursvorm waarbij het volk inspraak heeft.
de dynastie
koningsfamilie
de sociale piramide
Weergaven van een ongelijke samenleving in de vorm van een piramide.
De standenmaatschappij
De bevolking is opgedeeld in verschillende groepen standen met elk hun eigen rechten en plicht.