BA1C1 TT 2020-2021 Flashcards

1
Q

Noem twee mogelijke oorzaken voor vetzucht bij volwassenen?

A
  • lifestyle keuze
  • mutatie in ob gen
  • afwijking in ventromediale hypothalamus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Bij anorexia nervosa bestaat er een genetische predispositie

wat houdt dit in?

A

ergens vatbaar voor zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

hoe heet de ruimte naast de stembanden

A

recessus piriformis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

In welk structuur bevindt zich geen ‘‘Taste buds’’?

A

filiform papillae

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wanneer moet je bij een spugende baby aan pylorushypertrofie denken?

A

Als het een meisje is van 2 maanden dat met kracht niet-gallig spuugt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

pernicieuze anemie

A

Pernicieuze anemie (Vitamine B12-tekort door auto-immuun gastritis) is een bepaald soort bloedarmoede die kan ontstaan als gevolg van een auto-immuun gastritis. Dit is een aandoening waarbij de slijmvlieslaag in de maag blijvend beschadigd kan zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Door welk celtype in de maag wordt lipase gesecreteerd?

A

hoofdcellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke regulator stimuleert of welke regulatoren stimuleren de secretie van bicarbonaat gedurende de gastrale fase?

A

acetylcholine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke factoren stimuleren I-cellen tot de afgifte van CCK gedurende de intestinale fase van de pancreas
secretie?

Hoe wordt de afgifte van CCK verlaagd na afloop van de intestinale fase?

A
  • vetzuren in duodenum
  • secretie CCK-RF

door gebrek aan voedingseiwit waardoor trypsine CCK-RF afbreekt en er geen nieuwe trypsine wordt aangemaakt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

welke 2 voedingsstoffen kunnen afwijkend zijn bij coeliakie?

A

lactose en sucrose afwijkend

–> door onsteking aan de darmwand kan er malbsorptie iotreden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe worden langketige vetzuren door de enterocyt vanuit het darmlumen naar het bloed getransporteerd?

A

uminaal door passief transport en basolateraal als chylomicronen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke veranderingen in het microscoopbeeld zijn kenmerkend in het slijmvlies van de tractus digestivus als er
sprake is van een chronische ontsteking?

A

Verstoorde architectuur van het slijmvlies en toename van lymfocyten ten opzichte van normaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Vitamine B12 is als cofactor betrokken bij de demethylering van methyl-tetrahydrofolaat. Bij deze enzymreactie wordt een
aminozuur gevormd dat een methylgroep bevat

welk aminozuur?

A

methionine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hemochromatose

A

(IJzerstapelingsziekte) is een ziekte waarbij er teveel ijzer in het lichaam aanwezig is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke bloedwaarden laat u in ieder beval bepalen, om het vermoeden van erfelijke hemochromatose te toetsen?

A
  • gamma GT
  • ferritine gehalte
  • levertesten zoals ASAT en ALAT (voor lever en hartziekten)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

ferritine

A

Ferritine is een eiwit dat ijzer opslaat in je lichaam. Het zit vooral in je lever en beenmerg, maar ook voor een klein deel in je bloed. De hoeveelheid ferritine in je bloed zegt iets over de hoeveelheid opgeslagen ijzer in je lichaam

17
Q

Welk gen moet in ieder geval worden onderzocht op de aanwezigheid van mutaties? (1p)
Nadat ook het genetisch onderzoek een positieve uitslag gaf, gaat u uw patiënt behandelen voor hemochromatose.
3. Welke ingreep maakt in ieder geval deel uit van uw behandelplan?

A
  • HFE
  • aderlaten/flebotomie –> bloed wordt opgenomen om zo het ijzergehalte in het bloed te verlagen
18
Q

haptoglobine

A

zorgt voor neutralistie en opruiming van hemoglobine (op geen verdere schade aan te richten aan de cel)

als verlaagd niveau: sprake van hemolytisch anemie want er zijn dan veel kapotte rbc die moet worden opgeruimt

als verhoogd niveau: sprake van ontsteking of infectie –> want haptoglobine heeft dan niet zn werk gdn

19
Q

Welk vervolgonderzoek is nu het meest aangewezen om de fisteling in kaart te brengen?

A

MRI endoanaal

20
Q

Welke van de bevindingen bij lichamelijk onderzoek wijzen in de richting van een abdominale septische shock? (4p)
Noem er vier.

A
  • hoge ademfrequentie
  • hoge temp
  • percussie en loslaatpijn
  • lage BD
21
Q

Welke pathofysiologische veranderingen liggen ten grondslag aan het ontstaan van ascites bij patiënten met
levercirrose?

A

portale hypertensie en vasodilatatie van het mesenteriaal vaatbed en arterien
–> activatie RAAS zorgt voor vasthouden van natrium en water
–> hoopt zich op in de buik –> ascitis

22
Q
A