AFP 3 Cellen en weefsels Flashcards
Cellen: Uit welke onderdelen bestaat een cel? (7 antwoorden)
- Celkern
- Nucleoplasma
- Nucleus
- Mitochondriën
- Ribosomen
- Cytoplasma
- Celmembraan
Cellen: Hoe heet de celstofwisseling?
Met stofwisseling ofwel metabolisme worden alle biochemische reacties bedoeld die in de cellen kunnen plaatsvinden.
Cellen: Welke twee metabolisme (biochemische reacties) zijn er?
Anabole reacties
Katabole reacties
Cellen: Wat zijn anabole reacties bij stofwisseling?
Bij anabole reacties worden kleine moleculen samengevoegd tot grotere. Deze reacties kosten energie.
Opbouwstofwisseling/assimilatie
Voor groei, onderhoud en reparatie van de weefsels
Cellen: Wat zijn katabole reacties bij stofwisseling?
Katabole reacties zijn omzettingen waarbij grote moleculen afgebroken worden tot kleinere. Bij deze reacties komt energie vrij.
Afbraakstofwisseling/dissimilatie
Deze energie kan gebruikt worden voor de opbouwstofwisseling of andere energie vragende processen (beweging/warmteproductie)
Cellen: Wat is een veelvoorkomende afbraakreactie?
Verbranding. Bij verbranding reageert een energierijke stof (de brandstof) met zuurstof. Er is altijd zuurstof bij nodig en word ook wel aërobe dissimilatie genoemd
Wat is het doel van celademhaling?
Het doel van celademhaling (verbranding) in de cel is het vrij maken van energie. Glucose en zuurstof is nodig voor de verbranding
Afvalstoffen water/koolstofdioxide
Cellen: Welke 2 celademhaling zijn er?
Aërobe dissimulatie (verbranding met zuurstof): een veelvoorkomende afbraakreactie is de verbranding. Bij verbranding reageert een energierijke stof (de brandstof) met zuurstof. Er is altijd zuurstof bij nodig.
Anaerobe dissimilatie (verbranding zonder zuurstof): soms is er in de cel geen zuurstof voorhanden maar is er toch behoefte aan energie. Dan schakelt de cel over op afbraak van energierijke stoffen, zonder dat daarbij zuurstof gebruikt word
nadelen: energieopbrengst lager en meer afvalstoffen (melkzuur)
+ gebeurd in spieren als ze veel arbeid moeten verrichten en de ademhaling niet voldoende zuurstof aan de cellen beschikbaar stelt
Cellen: Wat is de functie van ATP?
Zodra ergens in de cel energie nodig is, wordt het derde fosfaatmolecuul heel snel losgekoppeld en komt de opgeslagen energie vrij.
Cellen: Hoe word ATP gemaakt?
In de cel zweven ook losse fosfaatmoleculen rond. Zodra er energie door verbranding ontstaat, kan er een derde fosfaatmolecuul aan ADP (AdenosineDiFosfaat) worden gebonden. Dan heet de stof AdenosineTriFosfaat (ATP). Tegelijk met het fosfaatmolecuul wordt energie opgeslagen.
ADP laat op
ATP bewaart
+Adenosine is een eiwit en de P (Phosfaat) is een molecuul
Cellen: Wat zijn enzymen?
Reactie versnellers voor alle biochemische reacties
Cellen: Wat zijn de 9 kenmerken van enzymen?
- Altijd een eiwit
- Door eigen lichaam gemaakt
- Kunnen biochemische reacties razendsnel laten verlopen
- Reactie specifiek
- Temperatuur specifiek
- Zuurgraad specifiek
- Worden zelf niet verbruikt of chemisch veranderd (ze kunnen steeds opnieuw ingezet worden)
- Hebben in veel gevallen een co-enzym nodig (zink, koper, magnesium, vitamine B)
- Worden meestal genoemd naar de stof die ze splitsen of naar de reactie beïnvloeden. (ase) (lipase splitst vet, amylase splitst zetmeel)
Cellen: Waarvoor dient een nucleus?
Is het grootste organel van de cel en stuurt alle stofwisseling activiteiten in de cel aan (zonder nucleus kan een cel niet lang leven). Bevat bovendien de erfelijke eigenschappen (DNA) van het individu
Cellen: Waaruit bestaat een nucleus? (5 antwoorden)
- Nucleus
- Nucleoplasma (kern plasma)
- Kern membraan
- Kern porie
- Chromatinedraden
Celmembraan: wat is de functie van de celmembraan?
Deze schermt de intracellulaire ruimte af van het omringende milieu in de extracellulaire ruimte en zorgt ervoor dat er geen stoffer ‘zomaar’ uitlekken of ongewenste stoffen ‘zomaar’ binnen dringen.
Celmembraan: hoe is de celmembraan opgebouwd?
Bestaat uit een dubbele laag Fosfolipiden met daartussen meer of minder cholesterol moleculen.
Fosfolipiden is een vet molecuul dat een kop en straat gedeelte heeft.
* De kop is hydrofiel
* Het straat gedeelte is hydrofoob
Celmembraan: Welke drie membraan eiwitten zijn er?
Receptoreiwit stekend naar de buitenkant
Receptoreiwit stekend naar binnen in het cytoplasma
Receptoreiwit aan weerskanten (membraan poriën)
Celmembraan: Wat is passief transport via de celmembraan?
Transport van stoffen gebaseerd op diffusie en osmose.
Water/gassen (koolstofdioxide) kost geen energie
Celmembraan: Wat is diffusie?
Diffusie is de beweging van deeltjes van een plaats waar ze in een hoge concentratie voorkomen naar een plaats waar de concentratie kleiner is.
Celmembraan: Wat is osmose?
Osmose transport is diffusie van water via een semipermeable membraan (half doorlaatbaar)
Celmembraan: Welke twee osmoses zijn er?
KOD kristalloïd-osmotische druk: de aanzuigende kracht die veroorzaakt wordt door zouten in de oplossing
COD colloïd- osmotische druk: eiwit moleculen die veel groter zijn dan zouten, lossen niet op maar worden omringd door water moleculen.
Eiwitten en water vormen zo een colloïde oplossing, ook deze oplossing veroorzaakt een osmotische zuigkracht.
Celmembraan: Wat is actief transport?
Deeltjes van een ruimte met een lage concentratie opgeloste stoffen naar een ruimte met een hoge concentratie stoffen (tegen de concentratiegradiënt in dus kost energie).
Celmembraan: Welke 4 typen actief transport zijn er?
Door middel van actief transport de cel in of uit vervoert:
- Enzymatische pomp (eiwitten): stof bind zich aan het enzym, enzym gaat door de celmembraan heen en laat de stof los
- Blaasjes transport
- Endocytose (fagocytose=vaste stof/Pinocytose=vloeistof)
- Exocytose (stoffen gaan de cel uit)
Eiwitsynthese: Wanneer vind er eiwitsynthese plaats?
Zodra er in een cel behoefte is aan een eiwit