1B1 week 4 HC 2 ATP Flashcards
Welke typen ATP aanmaak zijn er en waar vinden ze plaats?
- Creatinefosfaat: cytosol (1 ATP)
- Anaërobe glyco(geno)lyse: cytosol (2/3 ATP)
- Aërobe glyco(geno)lyse: mitochondriën (32/33 ATP)
- Vetzuuroxidatie: mitochondriën (106 ATP)
Wat doet de malaat-aspartaat shuttle?
Transport elektronen van NADH
- Acetaat -> oxaalacetaat
- Oxaalacetaat -> malaat (Neemt H+ op van NADH)
- Malaat van cytosol naar mitochondriën
- Malaat -> oxaalacetaat (Geeft H+ af aan NAD+)
- Oxaalacetaat -> acetaat
- Acetaat van mitochondriën naar cytosol
Wat is het voordeel van anaëroob glycogeen gebruik ipv glucose?
Minder lactaat vorming
Wat wordt in het hart het meest gebruikt?
Vetzuuroxidatie
Hoe heet de afsplitsing van acetylCoA van een vetzuur en wat ontstaat hierbij?
B-oxidatie
- Per oxidatie 1 NADH en 1 FADH2
Wat gebeurt er in de oxidatieve fosfosylering?
Oxidatie NADH en FADH2
Fosforylering ADP
Hoeveel H+ en ATP ontstaat er bij de oxidatie van NADH en FADH2?
NADH: 10 H+, 2.5 ATP (complex 1,3,4)
FADH2: 6 H+, 1.5 ATP (complex 2,3,4)
Wat is de drijvende kracht van de potentiële energie?
Membraan potentiaal
Wat is de snelheidsbepalende stap van de mitochondriale ademhaling?
ADP in mitochondriën
Wat doet AMP?
Versnelt glyco(geno)lyse
- Activatie fosfofructokinase (PFK)
- Activatie glycogeen fosforylase (GP)
Waarvoor is lactaat vorming gunstig?
NADH -> NAD+ zodat glycolyse en citroenzuurcyclus door kunnen blijven gaan
Wat doet 5-nucleotidase?
Zet AMP om in adenosine en fosfaat
Wat doet adenosine?
Vaatverwijding
Wat zijn vetzuuroxidatie remmers en waartegen werken ze?
Trimetazidine, ranolazine, etoxomir
- tegen angina pectoris
Waar vindt verbranding van glucose en vetzuur plaats?
Glucose: cytosol en mitochondriën
Vetzuur: mitochondriën