12.1-12.3 Lichaamssamenstelling Flashcards
Wat houdt duurzame voeding in?
Voeding die gezond is voor mens én milieu, met minimale impact op klimaat, biodiversiteit, watergebruik en landgebruik.
Noem twee voorbeelden van duurzamere voedingskeuzes
Meer plantaardige producten (groenten, peulvruchten, granen).
Minder rood en bewerkt vlees consumeren.
Waarom kiezen steeds meer atleten voor duurzamere voeding?
Om hun gezondheid te ondersteunen én bij te dragen aan het verminderen van de CO₂-uitstoot.
Wat bepaalt of je aankomt, afvalt of op gewicht blijft?
De energiebalans: verschil tussen energie-inname (calorieën) en energieverbruik.
Wat is lichaamssamenstelling (body composition)?
De verhouding tussen vetmassa en vetvrije massa (zoals spierweefsel, botten, water).
Hoe kun je vetmassa verminderen en spiermassa behouden tijdens afvallen?
Door een lichte calorierestrictie, voldoende eiwitten (1,6–2,2 g/kg) en krachttraining.
Wat is het doel van duurtraining?
Het verbeteren van het aerobe uithoudingsvermogen en efficiëntie van het energiesysteem
Welke energiebron wordt vooral gebruikt bij lage intensiteit duurtraining?
Vet wordt voornamelijk verbrand bij lage tot matige inspanning (<65% VO₂max).
Wat is een belangrijk voordeel van regelmatige duurtraining?
Verbeterde cardiovasculaire gezondheid, betere vetverbranding en meer mitochondriën in spiercellen.
Waar of niet waar: vet verbranden = vet verliezen.
Niet waar – vetverbranding tijdens training betekent niet automatisch vetverlies. Vetverlies komt door een negatieve energiebalans over tijd.
Kun je plaatselijk vet verbranden (spot reduction)?
Nee, vetverlies gebeurt systemisch; je kunt niet gericht vet verbranden op één plek (zoals buik of benen).
Verlies je meer vet als je traint op een lege maag (fasted training)?
Je verbrandt relatief meer vet tijdens de training, maar dit leidt niet per se tot meer vetverlies of betere sportprestaties.